Contractbeëindiging in Spanje | Advocaten en financiële experts

Het beëindigen van contracten in Spanje

Ons advocatenkantoor in Marbella biedt u zonder aanspraak te maken op volledigheid, een aanpak voor deze complexe materie die heel belangrijk is voor het juridisch verkeer. Dat doen we door mee te werken aan het oplossen van de vele geschillen en rechtszaken die ontstaan na het sluiten van een contract en tijdens de uitvoering ervan.

Een van de manieren om een contract nietig te verklaren, is het aanvoeren van fouten in de belangrijkste bepalingen van zulke contracten. Artikel 1261 bepaalt dat een contract alleen geldig is als aan de volgende voorwaarden is voldaan:

  • Instemming van de contractanten
  • Voorwerp dat onderwerp van het contract is
  • Motief van de te bepalen verplichting

Wat betreft de eerste van deze eisen, moet de instemming van de contractanten gebaseerd zijn op volledige, getrouwe en serieuze informatie over de bepalingen van de overeenkomst en moet de intentieverklaring met betrekking tot de verplichtingen die daaruit voortvloeien, bewust, serieus en ondubbelzinnig zijn afgegeven. Het is van fundamenteel belang dat deze instemming, vrij en betrouwbaar is gegeven. Contracten die voor de grap of zonder serieuze bedoelingen zijn gesloten, zijn nietig omdat een van de belangrijkste voorwaarden van het contract ontbreekt. Hetzelfde geldt voor contracten die door een fout of een simulatie zijn ontstaan, en contracten gekenmerkt worden door voorbehoud of kwaadwilligheid.

We zullen niet ingaan op de details van deze aspecten. Er zij echter op gewezen dat nietigheid de belangrijkste consequentie hiervan is omdat een contract niet kan worden gesloten zonder instemming op basis van de genoemde voorwaarden. Dit kan worden bevestigd in een nietigverklaring die teruggave van de prestaties tot gevolg zal hebben die in het kader van de overeenkomst zijn verricht. Artikel 1265 BW bepaalt dat ‘Instemming die gegeven is op basis van een fout, geweld, intimidatie of dolus (kwade opzet), nietig is.’

Een fout is de eerste reden die na dit artikel 1265 wordt genoemd; dit staat vermeld in 1266 BW: ‘Een dwaling maakt instemming ongeldig als die betrekking heeft op de inhoud van het voorwerp van de overeenkomst, of op de voorwaarden die hoofdzakelijk aanleiding zouden hebben gegeven tot het sluiten van de overeenkomst

Een fout m.b.t. de persoon maakt het contract alleen ongeldig als deze overweging het belangrijkste motief voor het contract was. Een eenvoudige boekhoudkundige fout leidt alleen tot correctie.’

Een dergelijke fout moet substantieel of fundamenteel zijn en betrekking hebben op de essentie van het contract, en niet op de incidentele of aanvullende onderdelen daarvan. Deze fout kan aan het licht komen in situaties wanneer de persoon bijvoorbeeld een zeer persoonlijke dienst verleent, een fout in het voorwerp of een fout in de fundamentele omstandigheden van het contract. De Hoge Raad heeft fouten in aantallen, in de kwaliteit, in het voorwerp en fouten met betrekking tot personen (naast vele andere), bepaald als soorten fouten.

De Hoge Raad wijst er ook op dat de fout niet mag worden toegeschreven aan wie er last van heeft, ook al is die onbeduidend en had die door enige oplettendheid kunnen worden voorkomen. Dat wil dus zeggen dat de fout de overeenkomst niet ongeldig maakt wanneer die door de contractant die er last van heeft, had kunnen worden overwonnen door zorgvuldigheidseisen in acht te nemen. Daarom is het essentieel om te worden bijgestaan door gediplomeerde vakmensen die dergelijke fouten kunnen opsporen voordat iemand zich contractueel bindt. De Hoge Raad legt ook een causaal verband tussen de fout en het sluiten van de overeenkomst, dat wil zeggen, een oorzakelijk verband tussen een dergelijk misverstand over de wezenlijke omstandigheden van de overeenkomst en het sluiten van de overeenkomst. Met betrekking tot intimidatie stelt artikel 1267: ‘Er is sprake van geweld wanneer onweerstaanbaar geweld wordt gebruikt om instemming te verkrijgen.

Er is sprake van Intimidatie wanneer een van de contractpartijen een rationele en gegronde vrees voelt voor dreigende en ernstige schade aan zijn of haar persoon of goederen, of aan de persoon of goederen van zijn of haar echtgenoot, nakomelingen of voorouders.

  Om de intimidatie te kwalificeren, moet rekening worden gehouden met de leeftijd en de toestand van de persoon.

De vrees om mensen te mishagen aan wie onderdanigheid en respect verschuldigd is, zal het contract niet ongeldig maken.’ Het Burgerlijk wetboek maakt onderscheid tussen geweld en intimidatie, waarbij geweld de fysieke variant is en intimidatie de psychologische variant die in het contract wordt gegeven. Om te verzoeken om nietigheid van de rechtshandeling, moet zowel het fysieke als het psychologische aspect worden aangetoond door degene die zich daarop beroept.

Met betrekking tot dolus, wat in de artikelen 1269 en 1270 wordt genoemd, zegt artikel 1269 hierover: ‘Er is sprake van dolus wanneer de ene contractant door woorden of verraderlijke machinaties, de andere partij ertoe aanzet een overeenkomst te sluiten die hij zonder die woorden, niet zou hebben gesloten.’ Artikel 1270 zegt: ‘Opdat dolus tot nietigheid van overeenkomsten leidt, moet deze ernstig zijn en mag deze niet door beide contractanten zijn gepleegd.

Incidentele dolus verplicht de werkgever alleen tot het betalen van schadevergoeding

Na Díez Picazo begrijpen we dolus als ‘kwaadaardigheid die tot misleiding leidt,’ een begrip dat in artikel 1269 BW wordt aanvaard.

Artikel 1270 maakt onderscheid tussen enerzijds de voorwaarde dat de dolus ernstig moet zijn, waarbij de zogeheten dolus bonus of verklaringen die zijn afgelegd in het kader van het sluiten van de overeenkomst, buiten het toepassingsgebied van deze fraude worden gelaten. Anderzijds sluit het wetboek ook de mogelijkheid uit dat deze dolus door beide contractanten wordt toegepast, waardoor de mogelijkheid om de overeenkomst nietig te verklaren op grond van goede trouw wordt verminderd wanneer de eiser bij het sluiten van de overeenkomst zelf ook heeft gefraudeerd.

Ten slotte verplicht dolus tijdens de uitvoering van het contract de partijen alleen tot het betalen van een schadevergoeding en maakt dit het contract niet ongeldig.

Wat betreft de mogelijkheid om de overeenkomst tussen de contractpartijen te ontbinden kunnen we onderscheid maken tussen de motieven voor ontbinding die de contractpartijen zelf opnemen in het contract op basis van particuliere autonomie of wilsautonomie uit artikel 1255 BW, en de zogeheten stilzwijgende ontbindende voorwaarden in artikel 1124 BW. In het geval dat een van de debiteuren niet heeft voldaan aan zijn verplichtingen, is dat een grond voor ontbinding die impliciet blijkt uit de wederzijdse verplichtingen. Zo bepaalt artikel 1124 BW: De bevoegdheid om aan de verplichtingen te voldoen wordt geacht impliciet te zijn vervat in de wederzijdse verplichtingen, in het geval dat een van de contractanten niet voldoet aan zijn verplichtingen.

De benadeelde partij kan kiezen tussen het opeisen van nakoming of de ontbinding van de verplichting, met in beide gevallen een schadevergoeding en betaling van rente. Deze kan ook om de ontbinding verzoeken, ook als deze voor naleving heeft gekozen en naleving onmogelijk is.

  Het Hof doet uitspraak over de gevorderde ontbinding, tenzij er goede redenen zijn om een termijn vast te stellen.

  Dit doet geen afbreuk aan de rechten van derden-kopers op grond van de artikel 1295 en 1298 en de bepalingen van de Hypotheekwet.

Er bestaat solvente en geconsolideerde jurisprudentie bij de Hoge Raad met betrekking tot het ontstaan van de beslissingsbevoegdheid in bilaterale of wederzijds bindende verplichtingen, waarbij de volgende vereisten worden benadrukt:

1. Het bestaan van een wederzijdse en afdwingbare contractuele relatie, met inbegrip van een precontract of een contract met opschortende voorwaarden. In dit verband wijzen we op de vonnissen van 29 april 1991 en 29 juli 1996. We moeten er ook rekening mee houden dat het moment van naleving door de wederpartij, tenzij in de overeenkomst anders is bepaald, plaatsvindt vanaf het moment dat naleving is begonnen door de door de vertraging of niet-naleving benadeelde partij, aangezien de wederpartij in verzuim is.

2. De niet-naleving moet ernstig zijn. Deze kan gedeeltelijk of gebrekkig zijn, maar niet-naleving van minder belangrijke of aanvullende voorwaarden is niet voldoende als die het financiële doel van de overeenkomst niet in de weg staan en de legitieme aspiraties of verwachtingen van de tegenpartij niet frustreren. Vonnis van 18 oktober 1983, 5 juni 1989, 5 mei 1997 en 11 april 2003. Dit omvat niet gebrekkige of te late uitvoering die wel tot schade zou leiden maar niet tot de bevoegdheid om de overeenkomst op te zeggen, behalve wanneer het tijdsbestek van de uitvoering een fundamentele bepaling was bij het sluiten van de overeenkomst. Denk bijvoorbeeld aan een huwelijksfeest waarbij een luxueus voertuig wordt gehuurd om de bruid te vervoeren, en het voertuig wordt ter beschikking gesteld na de huwelijksvoltrekking. De handeling in deze gevallen heet actio non fite adipleti contractus, de handeling van gebrekkige uitvoering.

3. Dat de andere partij haar verplichtingen wel is nagekomen, omdat er in dit geval geen sprake is van niet-nakoming door de eerste partij omdat die niet in gebreke is gebleven. Zie de vonnissen van 26 juni 1995 en 10 april 1997. Noch dat de partij die zich beroept op een vordering tot ontbinding wegens niet-nakoming, een dergelijke niet-nakoming juist heeft veroorzaakt, vonnis van 27 december 1995.

We begrijpen dus dat dit artikel 1124, twee belangrijke acties bevat:

Actio exceptio non adipleti contractus ofwel als gevolg van contractbreuk, waarvan de juridische consequentie de beëindiging van de zaak is.

Actio non fite adipleti contractus, waarvan de consequentie een schadevergoeding is.

In al deze gevallen, en zoals de Hoge Raad ook in zijn jurisprudentie heeft aangegeven, is het bijzonder relevant om aan te tonen wie als eerste niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan, naast de zorgvuldigheid van de persoon die gerechtelijke bescherming zoekt bij de contractbeëindiging of de schadevergoeding voorafgaand aan het instellen van de vordering voor de rechter. In al deze gevallen is het belangrijk zich te laten begeleiden door een deskundige met theoretische en praktische kennis over ons rechtssysteem, die u de beste oplossingen kan bieden om tot afspraken te komen met de tegenpartij in het conflict dat is ontstaan door het niet nakomen van zijn verplichtingen.

Bij fiscale, boekhoudkundige en juridische vragen, neem nu contact op met ons advocatenkantoor.

Este sitio web utiliza cookies para que usted tenga la mejor experiencia de usuario. Si continúa navegando está dando su consentimiento para la aceptación de las mencionadas cookies y la aceptación de nuestra política de cookies, pinche el enlace para mayor información.

ACEPTAR
Aviso de cookies